Statuten

Naam, Zetel en Duur

Artikel 1

  1. De stichting draagt de naam: Stichting Stimulering Onderwijsjournalistiek.
  2. Zij heeft haar zetel te Leersum.

Doel

Artikel 2

  1. De stichting heeft ten doel: de onderwijsjournalistiek in Nederland te stimuleren, teneinde bij te dragen aan de kwaliteit van het debat over onderwijs, en voorts al hetgeen met het vorenstaande rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin.
  2. De stichting tracht haar doel onder meer te verwezenlijken door het instellen van een prijs voor onderwijsjournalistiek en alle middelen die tot het doel bevorderlijk kunnen zijn.
  3. De stichting heeft geen winstoogmerk.

Bestuur

Artikel 3

  1. Het bestuur van de stichting bestaat uit ten minste drie leden en ten hoogste vijf natuurlijke personen.
  2. Het aantal leden van het bestuur wordt met inachtneming van het in het vorige lid bepaalde door het bestuur met algemene stemmen vastgesteld.
  3. Het bestuur kiest uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.
  4. Bij het ontstaan van één of meer vacatures in het bestuur, zullen de overblijvende leden dan wel zal het overblijvende lid binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature(s) daarin voorzien door de benoeming van een opvolger dan wel opvolgers, tenzij de overblijvende leden met algemene stemmen besluiten dat de vacature onvervuld blijft, onverminderd het bepaalde in het eerste lid van dit artikel.
  5. De zittingstermijn van de leden van het bestuur bedraagt drie jaar. Herbenoeming is terstond mogelijk.
  6. Een niet volledig bestuur behoudt zijn bevoegdheden.

Taken en bevoegdheden van het bestuur

Artikel 4

  1. Het bestuur is belast met het besturen van de stichting en is bevoegd tot alle daden van beheer en beschikking. Elk bestuurslid is bevoegd de stichting te vertegenwoordigen.
  2. Het bestuur kan met personen een dienstverband aangaan dan wel bepaalde opdrachten verlenen aan derden.
  3. Het bestuur is bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten, waaronder begrepen die, als genoemd in artikel 291 lid 2 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, en het verrichten van andere rechtshandelingen.

Werkwijze van het bestuur

Artikel 5

  1. Tenzij de statuten anders bepalen, worden alle besluiten van het bestuur genomen met een volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Blanco stemmen zijn van onwaarde en tellen niet mee bij de berekening van het aantal uitgebrachte stemmen.
  2. Het bestuur kan ook op andere wijze dan in een vergadering besluiten nemen, mits alle bestuursleden in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen en geen van hen zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet.
  3. Stemmingen in de vergadering geschieden mondeling; stemmingen over personen schriftelijk. Stemming bij acclamatie is mogelijk, wanneer geen van de bestuursleden zich daartegen verzet. Indien bij een besluit over de keuze van personen geen van de kandidaten de volstrekte meerderheid behaalt, wordt herstemd tussen de twee kandidaten, die het grootste aantal stemmen op zich hebben verenigd. Indien meer dan twee kandidaten evenveel stemmen op zich verenigen en voor herstemming in aanmerking zouden komen, dan wel indien bij de herstemming de stemmen staken, vindt op een daartoe uitgeschreven volgende vergadering een geheel nieuwe stemming plaats. In andere gevallen wordt bij het staken van stemmen een voorstel als verworpen beschouwd.
  4. Van het verhandelde in de vergadering van het bestuur worden notulen gehouden door de daartoe door het bestuur aangewezen persoon.

Financieel Beleid en Geldmiddelen

Artikel 6

De geldmiddelen van de stichting bestaan uit:

  • subsidies, donaties en giften;
  • inkomsten van de verkoop van publicaties;
  • inkomsten uit dienstverlening;
  • erfstellingen en legaten;
  • alle andere wettige verkrijgingen en baten.

Artikel 7

  1. Het boekjaar van de stichting valt samen met het kalenderjaar.
  2. Voor de aanvang van ieder kalenderjaar stelt het bestuur een begroting op.
  3. Het bestuur sluit per laatste dag van het boekjaar de boeken van de stichting af en maakt daaruit zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf maanden na afloop van het boekjaar, een balans en een staat van baten en lasten op over het verstreken boekjaar.

Raad van Advies

Artikel 8

  1. Het bestuur kan een Raad van Advies instellen.
  2. De Raad van Advies kan gevraagd en ongevraagd het bestuur adviseren over het beleid en de uitvoering van het beleid door het bestuur.
  3. Leden van de Raad van Advies worden benoemd en ontslagen door het bestuur. De bestuur stelt tevens het aantal leden van de Raad van Advies vast.

Statutenwijziging en ontbinding

Artikel 9

  1. Deze statuten kunnen worden gewijzigd bij een besluit van het bestuur in een vergadering waarin alle leden van het bestuur aanwezig zijn.
  2. Op een besluit van het bestuur tot ontbinding van de stichting is het bepaalde in het eerste lid van dit artikel van overeenkomstige toepassing.
  3. De vereffening van de stichting geschiedt door het bestuur met inachtneming van de daarvoor geldende bepalingen in de Wet.
  4. Over de bestemming van een eventueel ná de vereffening overgebleven batig saldo beslist het bestuur tegelijk met het besluit tot ontbinding.

Slotbepaling

Artikel 10

In alle gevallen, waarin niet door de statuten wordt voorzien, beslist het bestuur.